Voedseldiversificatie: hoe begin ik daarmee?

Puree kan je een eerste keer uitproberen als je kind tussen de vier en zes maanden oud is. Dat zal echter ook afhangen van de belangstelling van je baby voor het nieuwe voedsel.

Volgens een onderzoek van het Steunpunt Welzijn, Volksgezondheid en Gezin introduceer je fruit- en groentebereidingen bij zuigelingen het best geleidelijk, vanaf de leeftijd van 4 à 6 maanden. Zodra je kindje 7 à 8 maanden oud is, wordt aangeraden om je kind dagelijks een fruitmaaltijd én een groentemaaltijd te geven.

Maar hoe weet je nu of je baby er klaar voor is? Zodra je kindje zijn hoofd rechtop kan houden, speeltjes in zijn mond stopt en al zeer geïnteresseerd is in het voedsel dat jij aan het eten bent, kan je beginnen met voedseldiversificatie.

In het begin start je met een paar lepeltjes tot je baby doorheeft hoe het werkt, daarna kan je een grotere hoeveelheid geven. Het belangrijkste is je kind niet te dwingen, zodat het zijn eigen grenzen leert kennen en zijn voldaan gevoel kan herkennen. Vergeet daarbij ook niet dat melk nog steeds de basisvoeding is tijdens zijn eerste jaar.

Het is een goed idee om slechts één voedingsmiddel tegelijk te introduceren. Zo kan je in de gaten houden of je baby allergisch is of niet.

Begin bijvoorbeeld eerst met alle groenten en fruit te introduceren. Idealiter gebruik je daarvoor verse, seizoensgebonden groenten en fruit zonder kruiden (zout, suiker, enz.). Je kan wel aromatische kruiden toevoegen die niet pikant zijn zoals basilicum, oregano, dragon, peterselie, enz.

In het begin is het beter om het voedsel te koken om de spijsvertering te vergemakkelijken en het risico op allergieën te verminderen. Het is ook belangrijk om bij de bereiding van de maaltijd altijd vet toe te voegen en daarmee te variëren: olijfolie, koolzaadolie, enz.

Rond de zesde maand kan je dan zetmeelrijke voeding, vlees en eieren introduceren. Zuivelproducten zullen nog een paar maanden moeten wachten.

Als je uitsluitend borstvoeding geeft, hoef je je baby geen extra water te geven, want moedermelk is zeer hydraterend. Zodra je andere voedingsmiddelen geeft, mag je bij elke maaltijd wat kraantjes- of flessenwater laten drinken. Het is belangrijk dat het water geschikt is voor baby’s en niet gearomatiseerd. Serveer het in een beker of met een lepeltje.

Sommige ouders kiezen voor een andere manier om kinderen kennis te laten maken met voedsel: Child Led Diversification (CLD). Dat houdt in dat je baby vaste voeding krijgt in plaats van puree, om hem meer onafhankelijkheid te geven. Je kind (vanaf zes maanden) kiest zelf wat hij eet, met zijn handen, op zijn eigen tempo. Je baby kan dan zijn instincten volgen (met een paar voorzorgsmaatregelen natuurlijk). Lees onze blogpost over dit onderwerp voor meer informatie.